English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word inspection

English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
inspection
(review)
; ;
schouwing
;
visitatie
inspection
(scrutiny)
;
inspect
(review; scrutinize)
; ;
inspect
(revise; audit; overhaul)
;
revizi

EnglishDutch
inspection beschouwing; bezichtiging; inspectie; inzage; kennisneming; keuring; nazicht; onderzoek; schoolbezoek; schouw; schouwing; toezicht; visitatie
customs inspection visitatie
factory inspection arbeidsinspectie
inspection department keuringsdienst
inspection pit smeerkuil
labour inspection arbeidsinspectie
on close inspection op de keper beschouwd
open to inspection ter inzage; ter visie
tour of inspection inspectiereis
inspect beschouwen; bezichtigen; in ogenschouw nemen; inspecteren; inzage nemen van; keuren; nazien; onderzoeken; schouwen; visiteren
school‐inspection schoolinspectie; schooltoezicht