English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word drum

Dutch/English
English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
; ;
🔗 For a moment Rand and Lan stared at each other, then the drums drew them to the tower wall to stare southward.
(roll; roller; scroll)
op de tamtam slaan
;
tamtam maken
tamtami
(tom‐tom)
drum kit
(drum set; trap set; drums; set of drums)		;
drum set
(drum kit; trap set; drums; set of drums)		;
drummer
tamboer
; ;
trommelslager
drumming
; ;
(drum kit; drum set; trap set; set of drums);
slagwerk
;
ear‐drum
trommelvlies
timpana membrano
kettledrum
timbalo

EnglishDutch
drum⇆ bass drum; ⇆ blik; ⇆ bus; ⇆ cilinder; ⇆ drum; ⇆ drummen; ⇆ tamboer; ⇆ trom; ⇆ trommel; ⇆ trommelen; ⇆ trommelen met; ⇆ trommelen op; ⇆ wals
beat the drum⇆ de trom roeren; ⇆ de trommel slaan
by beat of drum⇆ bij trommelslag
drum brake⇆ trommelrem
drum kit⇆ drums; ⇆ drumstel
drum memory⇆ trommelgeheugen
drum out⇆ uitstoten; ⇆ uittrommelen; ⇆ verwijderen
drum roll⇆ roffel; ⇆ tromgeroffel
drum set⇆ drums; ⇆ drumstel
drum something into somebody’s brains⇆ iemand iets in het hoofd stampen
drum something into somebody’s head⇆ iemand iets in het hoofd stampen; ⇆ iets iemand instampen
drum up⇆ bijeenroepen; ⇆ optrommelen; ⇆ samentrommelen
with drums beating and colours flying⇆ met slaande trom en vliegende vaandels; ⇆ met vliegende vaandels en slaande trom
with silent drums⇆ met stille trom
drum‐beat⇆ trommelslag
drumfire⇆ trommelvuur
drumhead⇆ trommelvel; ⇆ trommelvlies
drum‐major⇆ tamboer‐majoor
drum‐majorette⇆ majorette
drummer⇆ drummer; ⇆ slagwerker; ⇆ tamboer; ⇆ trommelaar; ⇆ trommelslager
drumming⇆ getrommel
drums⇆ drums; ⇆ drumstel; ⇆ slagwerk
drumstick⇆ bout; ⇆ boutje; ⇆ kippeboutje; ⇆ trommelstok
ear‐drum⇆ trommelvlies
kettledrum⇆ keteltrom; ⇆ pauk
side‐drum⇆ kleine trom
snare‐drum⇆ kleine trom