English–Afrikaans dictionary

Afrikaans translation of the English word outgo

English	Afrikaans (translated indirectly)	Esperanto
go	gaan	iri
🔗 He looked over his shoulder, then went to the back wall.
go (ride; travel; drive)	ry	veturi
go (be going to; will; shall)	gaan	<futura helpverbo>
go (wend)	gaan	iri
🔗 Where do we go to now?
go	gaan	iri
out (outside; without)	buite	ekstere
🔗 At least I can have my pipe out there.
out (outside; outward)	buitetoe	eksteren
🔗 He pushed on the door, forcing her out.

English	Afrikaans
outgo	⇆ gouer gaan as; ⇆ onkoste; ⇆ oortref; ⇆ uitgang; ⇆ uitgawes; ⇆ uitvloeiing
go	⇆ besieling; ⇆ energie; ⇆ fiksheid; ⇆ fluksheid; ⇆ fut; ⇆ gaan; ⇆ geldig wees; ⇆ gô; ⇆ loop; ⇆ pit; ⇆ puf; ⇆ swang; ⇆ verdwyn; ⇆ vertrek; ⇆ voortgaan; ⇆ voortvarendheid; ⇆ vuur; ⇆ weggaan; ⇆ wegspring
out	⇆ bekend; ⇆ buite; ⇆ buitengewoon; ⇆ dood; ⇆ groot; ⇆ uit; ⇆ uitgestuur; ⇆ uitklop; ⇆ uitsmyt; ⇆ weg; ⇆ weg van huis