Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word vraagteken

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(symptoom; verschijnsel)
(bewijs; blijk; merkteken; signaal; wenk);
🔗 Dit is het teken van het verbond,
🔗 Maar even later vergat hij dat teken, toen hij een nieuwe scherpe geur in de van stank vervulde lucht onderscheidde.
🔗 De tekens voorspellen weinig goeds
🔗 Hij trof er niemand aan, maar wel alle tekenen van een uitgebreid en haastig ontbijt.
(kwestie);
🔗 Op beide vragen moet ik bevestigend antwoorden.
(aanvraag; aanzoek; verzoek)

DutchEnglish
vraagteken interrogation; interrogation mark; note of interrogation; query; question mark
teken ensign; indication; intimation; mark; marker; note; portent; print; sign; token; signal; signature; symbol; symptom
vraag call; demand; inquiry; interrogation; interrogatory; market; query; question; request