Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word kruisbek

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
crossbill
common crossbill
malgranda krucbekulo
grote kruisbek
parrot crossbill
granda krucbekulo
(snavel);
(muil)
jaws
;
muzzle
(mond)
(muil)
jaws
; ;
muzzle
loin
🔗 Daar stond hij nu, midden in Gent, met enkel een bierviltje voor zijn kruis.
🔗 Persbureau AFP meldt dat de kruisen van de kerken worden gesloopt, en christelijke manuscripten worden verbrand.
🔗 Als die gieren er niet waren, zou een krachtig lichaam als dat van u dagenlang aan het kruis in leven kunnen blijven.
two‐barred crossbill
rubanda krucbekulo

DutchEnglish
kruisbek common crossbill; crossbill; red crossbill
grote kruisbek parrot crossbill
bek beak; bill; bit; jaws; mouth; muzzle; neb; snout
kruis rood; cross; crotch; croup; crown; crupper; crux; pain; seat; sharp; slack; small of the back
witbandkruisbek white‐winged crossbill; two‐barred crossbill