Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word kring

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
halo
;
halation
(gezelschap)
🔗 Schultz had vrienden in hoge kringen.
(gezelschap); ; ;
circuit
🔗 De andere vuren brandden in een kring om het zijne heen.
(atmosfeer)
🔗 De dampkring van die planeet laat geen hogere levensvormen toe.
tropic
🔗 Men passeerde hier de keerkring.
(cyclus)
(sluitspier)
sphincter
(diffusiehalo; kring; <ring om zon of maan>; halo)
halo
;
halation
🔗 Ik ben niet helemaal gerust over die nevelkring om de zon.
vriendenkring
group of friends

DutchEnglish
kring circle; circuit; corona; orb; ring; round; salon; set; sphere
blauwe kringen onder de ogen dark rings under the eyes
huiselijke kring domestic circle
in brede kringen widely
in ruime kring in wide circles
in sommige kringen in some quarters
kringen onder de ogen shadows under one’s eyes
dampkring atmosphere
familiekring family circle; home circle; domestic circle
heksenkring fairy ring
jaarkring annual cycle; annual ring
keerkring tropic
kennissenkring acquaintances; circle of acquaintances
kieskring electoral district
kringloop circuit; cycle; gyration; circular course
kringspier sphincter
leeskring circulating library; reading‐club
stroomkring circuit
vakkringen professional circles; expert circles
vriendenkring circle of friends