Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word korting

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(afslag; rabat)
discount
;
rebate
🔗 We gingen alleen als Floreste korting op de passage wist te bedingen.
(aftrekken);
rebate
; ;
🔗 Vorige week zijn de subsidies op water, stroom en benzine gekort.

DutchEnglish
korting abatement; allowance; deduction; defalcation; discount; rebate
korting voor contant cash discount
met grote korting at a sweeping reduction
groepskorting group reduction
korten close in; curtail; defalcate; dock; draw in; shorten; clip; deduct; beguile; grow shorter
kortingskaart reduced‐fare card; reduced‐fare pass