Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word kleurenblind

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
colour‐blind
🔗 Op mijn oude dag wordt ik nog kleurenblind.
(luik; vensterblind)
🔗 De blinden waren gesloten.
(jaloezie; zonneblind)
jalousie
;
Venetian blind
(luik; vensterblind)
shutter
🔗 Alle blinden waren gesloten.
;
sightless
🔗 Eén oog was blind.
;
haphazardly
🔗 Hebt ge de kleur van de zon al gezien?
(blos)
colour‐blindness

DutchEnglish
kleurenblind colour‐blind
blind benighted; blind; eyeless; implicit; indiscriminately; unseeing; shutter; sightless; unquestioning
kleur blush; colouration; colour; colouring; dye; hue; pigment; tincture; tinge; suit; complexion
kleurenblindheid colour‐blindness; daltonism