Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word inleiden

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(binnenleiden; invoeren)
enkonduki
introductory
(de weg wijzen; geleiden); ; ;
(brengen; geleiden; voeren); ;
🔗 Toen leidde Tarzan zijn mannen de onder hem liggende vallei in.
🔗 Dat comité wordt overigens geleid door een zoon van president Lukašenko van Wit‐Rusland.
;
🔗 En, niet langer geleid door de bevelen van bovenaf, had hij zijn eigen denkvermogen aan het werk gezet.
(aanvoeren; besturen; regeren; runnen; aan het hoofd staan van)
🔗 Mugabe leidde Zimbabwe met harde hand.

DutchEnglish
inleiden induce; initiate; introduce; open; prelude; prologue; usher; usher in
inleidend introductory; opening; preambulatory; precursory; prefatory; preliminary; preparatory
inleider introducer
leiden conduce; conduct; control; direct; govern; guide; lead; manage; operate; spearhead; route; run; shepherd; take; front; train; be in the lead