Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word huwelijkscadeau

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(geschenk; gift)
🔗 Ik begrijp Ceciel, waarom je onze cadeaus de eerste dag weigerde,
(echt; echtverbintenis; huwelijkse staat)
marriage
🔗 Hoezo is mijn huwelijk niet geldig?
marriage
marriage
;
wedding
🔗 Hij had de titel in handen gekregen door een huwelijk, niet door afkomst of op enige andere wijze.
(echt; echtverbintenis)
marriage
(echt; echtverbintenis; verbintenis)
🔗 De uitwerking hiervan op het huwelijk is vaak fataal.
(trouwerij; echtvereniging)
marriage
;
wedding
🔗 Durrell hield zich aan zijn deel van de overeenkomst en sprak de volgende twee dagen met geen woord over het huwelijk.

DutchEnglish
huwelijkscadeau wedding present
cadeau present
huwelijk alliance; bed; marriage; match; matrimony; wedding; wedlock