Informo pri la vorto vergeven (nederlanda → esperanto: pardoni)

Sinonimo: begenadigen

Vortspecoverbo
Prononco/vərˈɣevə(n)/
Dividover·ge·ven

Konjugacio

Indikativo
PrezencoPreterito
(ik) vergeef(ik) vergaf
(jij) vergeeft(jij) vergaf
(hij) vergeeft(hij) vergaf
(wij) vergeven(wij) vergaven
(jullie) vergeven(jullie) vergaven
(gij) vergeeft(gij) vergaaft
(zij) vergeven(zij) vergaven
Subjunktivo
PrezencoPreterito
(dat ik) vergeve(dat ik) vergave
(dat jij) vergeve(dat jij) vergave
(dat hij) vergeve(dat hij) vergave
(dat wij) vergeven(dat wij) vergaven
(dat jullie) vergeven(dat jullie) vergaven
(dat gij) vergevet(dat gij) vergavet
(dat zij) vergeven(dat zij) vergaven
Imperativo
Singularo/PluraloPluralo
vergeefvergeeft
Participoj
Prezenca participoPreterita participo
vergevend, vergevende(hebben) vergeven

Uzekzemploj

Zijn twee dochters hebben hem en ʿUdayy de moorden nooit vergeven.
Dat wil zeggen dat zij hem in het geheel niet vergeeft.
God vergeve het mij dat ik zo over een dode spreek.
In de gegeven omstandigheden hoop ik dat u het mij zult vergeven dat ik u niet condoleer?

Tradukoj

anglaforgive; pardon; excuse; remit
angla (malnovangla)forgefan
ĉeĥaodpustit; prominout
danatilgive
esperantopardoni
feroafyrigeva; umbera
finnaantaa anteeksi
francaexcuser; pardonner
germanaentschuldigen; verzeihen
hispanaperdonar
islandafyrirgefa
katalunaexcusar; perdonar
malajaampun; mengampuni
norvegatilgi
okcidenta frizonabegnedigje; ferjaan
papiamentopordoná
polaprzebaczać
portugaladesculpar; escusar; perdoar
rumanaierta; scuza
saterlanda frizonaäntscheeldigje; äntskeeldigje; ferreeke
surinamagi pardon
svahilo‐achilia
svedabenåda; förlåta
turkabağışlamak; affetmek