Informatie over het woord nerveus (Nederlands → Esperanto: nervoza)

Synoniem: zenuwachtig

Woordsoortbijvoeglijk naamwoord
Uitspraak/nɛrˈvøs/
Afbrekingner·veus

Voorbeelden van gebruik

Neem me niet kwalijk, lieve kind, maar ik ben de laatste dagen wat nerveus.
Ik ben veel te nerveus.
Hij maakt me nerveus door daar te blijven staan.
Met nerveuze vingers stak hij een sigaret aan en wachtte.
De edelman was een weinig nerveus.
Ik ben heel gevoelig en ik word er nerveus van, dat moest je weten.

Vertalingen

Catalaansnerviós
Deensnervøs
Duitsnervös
Engelsnervous
Esperantonervoza; nerva
Faeröersfjálturstungin; nervaveikur
Fransnerveux
Noorsnervøs
Papiamentsnervioso
Poolszdenerwowany
Portugeesnervoso
Saterfriesnervös
Schotsnervish
Spaansnervioso
Tsjechischnervový; nervózní
Turksasabi
Westerlauwers Friessenuweftich
Zweedsnervös