Informatie over het woord misdadiger (Nederlands → Esperanto: krimulo)

Synoniemen: booswicht, crimineel, schobbejak, snoodaard

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/ˈmɪzdadəɣər/
Afbrekingmis·da·di·ger
Geslachtmanlijk
Meervoudmisdadigers

Voorbeelden van gebruik

Als wij goed van vertrouwen en vriendelijk gezind waren, zouden wij nooit misdadigers vangen.
De misdadiger is pas een dag of zo geleden gepakt.
Alsof ik een misdadiger ben!

Vertalingen

Afrikaansmisdadiger
DuitsBösewicht; Verbrecher
Engelscriminal
Engels (Oudengels)scaþa
Esperantokrimulo
Maleispenjahat
Papiamentskriminal
Portugeescriminoso
SaterfriesFerbreeker
Westerlauwers Friesmisdiediger
Zweedsbrottsling; förbrytare; ogärningsman