Informatie over het woord volledig (Nederlands → Esperanto: kompleta)

Synoniemen: compleet, heel, volkomen, volslagen, voltallig, vol

Woordsoortbijvoeglijk naamwoord
Uitspraak/vɔˈledəx/
Afbrekingvol·le·dig

Verbuiging

Predicatief
AttributiefOnbepaaldManlijk en vrouwelijk enkelvoudvolledige
Onzijdig enkelvoudvolledig
Meervoudvolledige
Bepaaldvolledige
Partitiefvolledigs

Vertalingen

Afrikaansvol; volledig
Catalaanscomplet; sencer
Deensfuldstændig
Duitsvoll; komplett; vollständig; vollzählig
Engelscomplete; integral; whole; full
Esperantokompleta; plena
Faeröersfullfíggjaður
Finstäydellinen
Franscomplet
Grieksακέραιος
Italiaanscompleto
Maleislengkap
Nederduitskompleet; vulleydig; vulleadig; vul; komplet
Papiamentskompleto
Portugeescompleto
Spaanscompleto
Swahilikamili
Westerlauwers Friesalles omfiemjend; hiel; totaal
Zweedskomplett