Informatie over het woord integraal (Nederlands → Esperanto: integra)

Synoniemen: onaangetast, ongeschonden

Woordsoortbijvoeglijk naamwoord
Uitspraak/ɪntəˈɣral/
Afbrekingin·te·graal

Verbuiging

Predicatief
AttributiefOnbepaaldManlijk en vrouwelijk enkelvoudintegrale
Onzijdig enkelvoudintegraal
Meervoudintegrale
Bepaaldintegrale
Partitiefintegraals

Vertalingen

Duitsintegral; vollständig; uneingeschränkt; unversehrt; unverletzt; ganz
Engelsintegral
Esperantointegra
Faeröersheilur; reiðiligur
Grieksακέραιος
Portugeesintegral
Spaanscompleto; integro