Informatie over het woord naar (Nederlands → Esperanto: al)

Synoniemen: aan, bij, op, tegen, tot, voor, naar … toe, naar toe

Woordsoortvoorzetsel
Uitspraak/naːr/
Afbrekingnaar

Voorbeelden van gebruik

Morgenochtend om acht uur ga je naar zee om vier dagen op het oefenterrein te blijven.
Dat schoot hem te binnen op het moment dat hij de straat overstak naar de gevangenis.
Het is beter dat ik even naar de dokter ga met die pijn.
Zodra hij me zag, liep hij langzaam naar het bos.
Van hieruit keerde ik terug naar Engeland.
Aan beide kanten waren deuren naar de verschillende vertrekken.
Hij liet zich met een smartelijke zucht in het mos zinken en staarde peinzend naar de bagage.
Toen ik naar mijn fiets liep, kwam ik Bodine tegen.
Het tragische ongeluk gebeurde vrijdag op de weg van Artouste naar Col du Pourtalet.

Vertalingen

Afrikaansaan; na; na … toe; toe; vir
Albaneesdrejt; ndaj
Catalaansa; cap a; vers
Deensfor; på; til; med
Duitsan; in; nach; zu; auf … zu; nach … hin; gegen; bei; auf; von; vor; gegenüber
Engelsfor; to; at
Engels (Oudengels)to; toweard; til
Esperantoal
Faeröerstil
Fins‐lle
Fransà; en; envers; chez; pour; vers
IJslandstil
Italiaansa
Jamaicaans Creoolsafta; tu
Jiddischצו
Latijnad
Luxemburgszu
Maleiske; kepada; pada
Nederduitsan; töt; når; nå … heen; to
Noorstil; på
Papiamentsna
Poolsdo; ku; na
Portugeesa; para
Roemeenscătre; la; spre
Russischв; к; на
Saterfriesan; ätter; ätter; in; juunuur; tou
Schotstae
Schots-Gaelischa dh’ionnsaigh; chon
Spaansa; hacia; para
Sranannanga; na; gi
Thaisกับ; ต่อ; ถึง; สู่; ให้
Tsjechischdo; k; ke; ku; na
Welsi
Westerlauwers Friesnei; oan; ta; by; nei … ta
Zweeds; till