Synoniemen: absurd, dwaas, ongerijmd, zinneloos, zot
Woordsoort | bijvoeglijk naamwoord |
---|
Uitspraak | /ɔnˈzɪnəx/ |
---|
Afbreking | on·zin·nig |
---|
Trappen van vergelijking
Stellende trap | onzinnig |
---|
Vergrotende trap | onzinniger |
---|
Overtreffende trap | onzinnigst |
---|
Verbuiging
| Stellende trap | Vergrotende trap | Overtreffende trap |
---|
Predicatief | onzinnig | onzinniger | (het) onzinnigst, (het) onzinnigste |
---|
Attributief | Onbepaald | Manlijk en vrouwelijk enkelvoud | onzinnige | onzinnigere | onzinnigste |
---|
Onzijdig enkelvoud | onzinnig | onzinniger | onzinnigst |
---|
Meervoud | onzinnige | onzinnigere | onzinnigste |
---|
Bepaald | onzinnige | onzinnigere | onzinnigste |
---|
Partitief | onzinnigs | onzinnigers | |
---|
De politici daar hebben een onzinnige motie aangenomen een paar maanden terug dat de wolf uit Friesland geweerd moet worden.
Hoe durft u me zo’n onzinnige beschuldiging naar het hoofd te gooien?
Jij hebt meer onzinnige expedities ondernomen dan alle mensen die ik ken samen.
ZZP Nederland noemt het plan van de AWVN „onzinnig”.
Dat is een onzinnig voorstel.
De raad van Gandalf scheen onzinnig.