Informatie over het woord verwaaien (Nederlands → Esperanto: taŭziĝi)

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/vərˈʋaːjə(n)/
Afbrekingver·waai·en

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(hij) verwaait(hij) verwaaide, verwoei
(zij) verwaaien(zij) verwaaiden, verwoeien
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat hij) verwaaie(dat hij) verwaaide, verwoeie
(dat zij) verwaaien(dat zij) verwaaiden, verwoeien
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
verwaaiend, verwaaiende(zijn) verwaaid

Vertalingen

Esperantotaŭziĝi