Informatie over het woord inzaaien (Nederlands → Esperanto: semi)

Synoniem: zaaien

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/ˈɪnzajə(n)/
Afbrekingin·zaai·en

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) zaai in(ik) zaaide in
(jij) zaait in(jij) zaaide in
(hij) zaait in(hij) zaaide in
(wij) zaaien in(wij) zaaiden in
(jullie) zaaien in(jullie) zaaiden in
(gij) zaait in(gij) zaaidet in
(zij) zaaien in(zij) zaaiden in
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) inzaaie(dat ik) inzaaide
(dat jij) inzaaie(dat jij) inzaaide
(dat hij) inzaaie(dat hij) inzaaide
(dat wij) inzaaien(dat wij) inzaaiden
(dat jullie) inzaaien(dat jullie) inzaaiden
(dat gij) inzaaiet(dat gij) inzaaidet
(dat zij) inzaaien(dat zij) inzaaiden
Gebiedende wijs
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
zaai inzaait in
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
inzaaiend, inzaaiende(hebben) ingezaaid

Vertalingen

Catalaanssembar; sembrar
Deens
Duitssäen
Engelssow
Esperantosemi
Faeröerssáa
Finskylvää
Franssemer
Italiaansseminare
Latijnseminare
Papiamentssembra
Portugeesplantar; semear
Saterfriessäidje
Spaanssembrar
Welshau
Westerlauwers Friessiedzje
Zweeds