Informatie over het woord redigeren (Nederlands → Esperanto: redakti)

Synoniemen: opmaken, opstellen, stellen, stileren

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/rediˈɣerə(n)/
Afbrekingre·di·ge·ren

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) redigeer(ik) redigeerde
(jij) redigeert(jij) redigeerde
(hij) redigeert(hij) redigeerde
(wij) redigeren(wij) redigeerden
(jullie) redigeren(jullie) redigeerden
(gij) redigeert(gij) redigeerdet
(zij) redigeren(zij) redigeerden
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) redigere(dat ik) redigeerde
(dat jij) redigere(dat jij) redigeerde
(dat hij) redigere(dat hij) redigeerde
(dat wij) redigeren(dat wij) redigeerden
(dat jullie) redigeren(dat jullie) redigeerden
(dat gij) redigeret(dat gij) redigeerdet
(dat zij) redigeren(dat zij) redigeerden
Gebiedende wijs
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
redigeerredigeert
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
redigerend, redigerende(hebben) geredigeerd

Vertalingen

Catalaansredactar
Duitsredigieren; stilisieren
Engelsedit; draw up
Esperantoredakti
Finstoimittaa
Fransrédiger
Jamaicaans Creoolsedit
Nederduitsupstellen
Poolsredagować
Portugeesredegir
Saterfriesredigierje; stilisierje
Spaansredactar