Informatie over het woord mediteren (Nederlands → Esperanto: mediti)

Synoniemen: peinzen, prakkezeren, zinnen

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/mediˈterə(n)/
Afbrekingme·di·te·ren

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) mediteer(ik) mediteerde
(jij) mediteert(jij) mediteerde
(hij) mediteert(hij) mediteerde
(wij) mediteren(wij) mediteerden
(jullie) mediteren(jullie) mediteerden
(gij) mediteert(gij) mediteerdet
(zij) mediteren(zij) mediteerden
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) meditere(dat ik) mediteerde
(dat jij) meditere(dat jij) mediteerde
(dat hij) meditere(dat hij) mediteerde
(dat wij) mediteren(dat wij) mediteerden
(dat jullie) mediteren(dat jullie) mediteerden
(dat gij) mediteret(dat gij) mediteerdet
(dat zij) mediteren(dat zij) mediteerden
Gebiedende wijs
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
mediteermediteert
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
mediterend, mediterende(hebben) gemediteerd

Voorbeelden van gebruik

Ik heb hier zitten mediteren.

Vertalingen

Catalaansmeditar
Deenssynes
Duitserwägen; nachsinnen; sinnen
Engelsmeditate
Esperantomediti
Faeröersgrunda; hugleiða; hugsa djúpt
Finsmiettiä
Fransméditer; songer
Papiamentsmeditá
Portugeespensar maduramente; refletir muito
Saterfriesättersinne; ättertoanke; betoanke; uurlääse
Spaansmeditar
Tsjechischdumat