Informatie over het woord weglopen (Nederlands → Esperanto: forflui)

Synoniemen: afvloeien, wegvloeien

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/ˈʋɛxlopə(n)/
Afbrekingweg·lo·pen

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(hij) loopt weg(hij) liep weg
(zij) lopen weg(zij) liepen weg
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat hij) weglope(dat hij) wegliepe
(dat zij) weglopen(dat zij) wegliepen
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
weglopend, weglopende(zijn) weggelopen

Voorbeelden van gebruik

In welke richting is het van je weggelopen?

Vertalingen

Duitswegfließen; ausströmen; zerrinnen
Engelsflow down; flow off
Esperantoforflui
Fransdégager
Saterfriesouloope
Westerlauwers Friesfuortrinne