Informatie over het woord betrappen (Nederlands → Esperanto: kapti)

Synoniemen: pakken, vangen

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/bəˈtrɑpə(n)/
Afbrekingbe·trap·pen

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) betrap(ik) betrapte
(jij) betrapt(jij) betrapte
(hij) betrapt(hij) betrapte
(wij) betrappen(wij) betrapten
(jullie) betrappen(jullie) betrapten
(gij) betrapt(gij) betraptet
(zij) betrappen(zij) betrapten
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) betrappe(dat ik) betrapte
(dat jij) betrappe(dat jij) betrapte
(dat hij) betrappe(dat hij) betrapte
(dat wij) betrappen(dat wij) betrapten
(dat jullie) betrappen(dat jullie) betrapten
(dat gij) betrappet(dat gij) betraptet
(dat zij) betrappen(dat zij) betrapten
Gebiedende wijs
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
betrapbetrapt
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
betrappend, betrappende(hebben) betrapt

Voorbeelden van gebruik

Twee van de betrapte monniken waren abt van hun klooster en waren al meer dan 15 jaar monnik.
Als ik betrapt werd, zou het met mij en met hen gedaan zijn.

Vertalingen

Afrikaansvaskeer; vang
Duitsfangen; ertappen
Engelscatch
Esperantokapti