Informatie over het woord afhangen (Nederlands → Esperanto: dependi)

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/ˈɑfɦɑŋə(n)/
Afbrekingaf·han·gen

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(het) hangt af(het) hing af
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat het) afhange(dat het) afhinge
Verleden deelwoord
(heeft) afgehangen

Vertalingen

Esperantodependi