Synoniemen: beklemtonen, benadrukken, met nadruk zeggen, nadruk leggen op, accentueren
Woordsoort | werkwoord |
---|
Uitspraak | /ɔndərˈstrepə(n)/ |
---|
Afbreking | on·der·stre·pen |
---|
Vervoeging
Aantonende wijs |
---|
Tegenwoordige tijd | Verleden tijd |
---|
(hij) onderstreept | (hij) onderstreepte |
(zij) onderstrepen | (zij) onderstreepten |
Aanvoegende wijs |
---|
Tegenwoordige tijd | Verleden tijd |
---|
(dat hij) onderstrepe | (dat hij) onderstreepte |
(dat zij) onderstrepen | (dat zij) onderstreepten |
Gebiedende wijs |
---|
Enkelvoud/Meervoud | Meervoud |
---|
onderstreep | onderstreept |
Deelwoorden |
---|
Tegenwoordig deelwoord | Verleden deelwoord |
---|
onderstrepend, onderstrepende | (hebben) onderstreept |