Informatie over het woord godvruchtig (Nederlands → Esperanto: pia)

Synoniemen: devoot, godsdienstig, godvrezend, vroom

Woordsoortbijvoeglijk naamwoord
Uitspraak/ɣɔtˈfrɵxtəx/
Afbrekinggod·vruch·tig

Trappen van vergelijking

Stellende trapgodvruchtig
Vergrotende trapgodvruchtiger
Overtreffende trapgodvruchtigst

Verbuiging

 Stellende trapVergrotende trapOvertreffende trap
Predicatiefgodvruchtiggodvruchtiger(het) godvruchtigst, (het) godvruchtigste
AttributiefOnbepaaldManlijk en vrouwelijk enkelvoudgodvruchtigegodvruchtigeregodvruchtigste
Onzijdig enkelvoudgodvruchtiggodvruchtigergodvruchtigst
Meervoudgodvruchtigegodvruchtigeregodvruchtigste
Bepaaldgodvruchtigegodvruchtigeregodvruchtigste
Partitiefgodvruchtigsgodvruchtigers 

Voorbeelden van gebruik

Hij laat graag, en met veel gevoel voor show, zien dat hij een godvruchtig man is.

Vertalingen

Catalaanspiadós; pietós
Duitsfromm; gottesfürchtig
Engelspious; devout; godly
Engels (Oudengels)æfæst
Esperantopia
Faeröersgudsóttandi
Finshurskas
Franspieux
Grieksευσεβής; θρήσκος
Italiaanspio
Latijncastus; pius; sanctimonialis; sanctus
Papiamentsdeboto; religioso
Portugeespiedoso; pio; religioso
Russischблагочестивый; богобоязненный
Saterfriesfrom
Spaansdevoto; piadoso; pío
Srananfromu; fron; santa; santafasi
Westerlauwers Friesfrom
Zweedsgudlig