Informatie over het woord diamant (Nederlands → Esperanto: diamanto)

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/dijaˈmɑnt/
Afbrekingdi·a·mant
Geslachtmanlijk
Meervouddiamanten

Voorbeelden van gebruik

De man was als heer gekleed, maar een echte heer was het niet want aan zijn vinger zat een gouden ring met een diamant erin die net een ietsje te groot was, evenals de opzichtige diamant in zijn dasspeld.
Zo mogen diamanten uit Rusland niet meer worden geïmporteerd, wat ook geldt voor staal en andere metaalproducten.
Wat die niet van diamanten weet, is de moeite van het weten niet waard.

Vertalingen

Afrikaansdiamant
Albaneesdiamant
Catalaansdiamant
Deensdiamant
DuitsDiamant
Engelsdiamond
Esperantodiamanto
Fransdiamant
Italiaansdiamante
Papiamentsdjamanta
Portugeesdiamante
Russischалмаз
SaterfriesDiamant
Spaansdiamante
Sranandyamanti
Swahilialmasi
Tagalogdiyamante
Thaisเพชร
Tsjechischdémant; diamant
Zweedsdiamant