Informatie over het woord scheper (Nederlands → Esperanto: ŝafisto)

Synoniem: schaapherder

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/ˈsxepər/
Afbrekingsche·per
Geslachtmanlijk
Meervoudschepers

Vertalingen

Albaneesbari
Catalaanspastor
Deenshyrde; fårehyrde
Engelsshepherd
Esperantoŝafisto
Faeröersseyðamaður
Latijnopilio; pastor; upilio
Portugeespastor
SaterfriesSkeeper
Schots-Gaelischcìobair
Swahilimchungaji
Tsjechischovčák
Westerlauwers Friesharder; hoeder; skeper; skieppehoeder