Informatie over het woord dat (Nederlands → Esperanto: tio)

Synoniemen: datgene, hetgeen, ’t, zulks

Woordsoortonbekende woordsoort
Uitspraak/dɑt/
Afbrekingdat

Voorbeelden van gebruik

Dat is het jaar waarin Rusland de Krim annexeerde.
Dat is voor het ogenblik alles wat ik u wilde vragen.
Dat moet gisteravond ongeveer negen uur zijn geweest, meneer, negen uur of iets later.
Dat zou ik niet graag willen beweren, maar hij was royaal.
Ik weet niet wat dat is!
Was dat iets bijzonders?
Maar dat wist hij niet en hij kwam het ook nooit te weten.

Vertalingen

Catalaansallò; això
Deensdet
Duitsdas; jenes
Engelsthat
Esperantotio
Faeröershatta
Finsse
Fransça; ce; cela
Hawaiaanskēlā; kēnā
Jiddischדאָס
Maleisitu
Nederduitsdat
Papiamentsesaki
Poolstamto
Portugeesaquilo; isso
Russischэто
Saterfriesdät; dät deer; do; ju deer; juns; kedo
Schotsthat
Schots-Gaelischsin
Spaansaquello; eso
Sranandati
Thaisนั่น
Tsjechischono
Westerlauwers Friesdat