Informatie over het woord kachel (Nederlands → Esperanto: stovo)

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/ˈkɑxəl/
Afbrekingkach·el
Geslachthistorisch vrouwelijk, tegenwoordig ook manlijk
Meervoudkachels

Verkleinwoord
EnkelvoudMeervoud
kacheltjekacheltjes

Voorbeelden van gebruik

Nu zat hij er met een tevreden gelaat bij de kachel zijn pijp te roken en liet zich de thee goed smaken.
De heer Kiekvogel kwam verder het vertrek in en bleef wat besluiteloos bij de kachel staan.

Vertalingen

Deenskakkelovn
DuitsHerd; Ofen
Engelsstove
Esperantostovo; hejtforno; kalorifero; hejtoforno
Franspoêle
Portugeesestufa; fogão
Spaansestufa
Thaisเตาผิง
Tsjechischkamna
Zweedskamin