Informatie over het woord treeplank (Nederlands → Esperanto: piedbreto)

Synoniem: voetenplank

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/ˈtreplɑŋk/
Afbrekingtree·plank

Voorbeelden van gebruik

Al peinzende was hij steeds langzamer gaan rijden, en ten slotte remde hij zijn voertuig en ging op de treeplank zitten om rustig na te kunnen denken in de stilte der natuur.
Toen hij uit het gezicht was, ging Robbert op de treeplank van de auto zitten.

Vertalingen

Catalaansestrep
Esperantopiedbreto
Spaansestribo