Informatie over het woord kompas (Nederlands → Esperanto: kompaso)

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/kɔmˈpɑs/
Afbrekingkom·pas
Geslachtonzijdig
Meervoudkompassen

Verkleinwoord
EnkelvoudMeervoud
kompasjekompasjes

Voorbeelden van gebruik

Ze volgden een van tevoren uitgestippelde koers en lieten zich leiden door een klein kompas dat Manfred Rorsefne tussen de overblijfselen van zijn scheepskist had gevonden.
Het kompas vloog in stukken en het vocht dat het bevatte, spatte in zijn gezicht.
Van onze instrumenten was niet meer over dan het kompas en de tijdmeter.
Geef me vast je kompas even, dan kan ik de richting bepalen.

Vertalingen

Catalaansbrúixola
Deenskompas
DuitsKompaß
Engelscompass
Esperantokompaso
Faeröerskumpass
Finskompassi
Fransboussole
Italiaansbussola
Noorskompass
Papiamentskompas; kòmpas
Portugeesbússola; compasso
SaterfriesKumpas
Spaansbrújula
Thaisเข็มทิศ
Turkspusula
Zweedskompass