Informatie over het woord diplomatiek (Nederlands → Esperanto: diplomata)

Woordsoortbijvoeglijk naamwoord
Uitspraak/diplomaˈtik/
Afbrekingdi·plo·ma·tiek

Verbuiging

Predicatief
AttributiefOnbepaaldManlijk en vrouwelijk enkelvouddiplomatieke
Onzijdig enkelvouddiplomatiek
Meervouddiplomatieke
Bepaalddiplomatieke
Partitiefdiplomatieks

Voorbeelden van gebruik

Er was een twintigtal personen aanwezig, van wie er twee een beroep deden op hun diplomatieke onschendbaarheid.
Zij hebben diplomatieke paspoorten.

Vertalingen

Afrikaansdiplomatiek
Albaneesdiplomatike
Deensdiplomatisk
Duitsdiplomatisch; Diplomaten‐
Engelsdiplomatic
Esperantodiplomata
Westerlauwers Friesdiplomatyk