Informatie over het woord verslijten (Nederlands → Esperanto: eluziĝi)

Synoniemen: afslijten, doorslijten, slijten, uitslijten

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/vərˈslɛi̯tə(n)/
Afbrekingver·slij·ten

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(hij) verslijt(hij) versleet
(zij) verslijten(zij) versleten
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat hij) verslijte(dat hij) verslete
(dat zij) verslijten(dat zij) versleten
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
verslijtend, verslijtende(zijn) versleten

Voorbeelden van gebruik

Het is bekend dat er landen bestaan waar deze dingen zó gemaakt worden dat ze praktisch niet verslijten.

Vertalingen

Engelswear away; wear off; wear out
Esperantoeluziĝi
Portugeestornar‐se consumido
Spaansdesgastarse