Informatie over het woord aannemen (Nederlands → Esperanto: adopti)

Synoniem: invoeren

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/ˈanemə(n)/
Afbrekingaan·ne·men

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) neem aan(ik) nam aan
(jij) neemt aan(jij) nam aan
(hij) neemt aan(hij) nam aan
(wij) nemen aan(wij) namen aan
(jullie) nemen aan(jullie) namen aan
(gij) neemt aan(gij) naamt aan
(zij) nemen aan(zij) namen aan
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) aanneme(dat ik) aanname
(dat jij) aanneme(dat jij) aanname
(dat hij) aanneme(dat hij) aanname
(dat wij) aannemen(dat wij) aannamen
(dat jullie) aannemen(dat jullie) aannamen
(dat gij) aannemet(dat gij) aannamet
(dat zij) aannemen(dat zij) aannamen
Gebiedende wijs
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
neem aanneemt aan
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
aannemend, aannemende(hebben) aangenomen

Voorbeelden van gebruik

Sommige tovenaars nemen namen van andere tovenaars aan, want ze menen dat het hen meer kracht schenkt.
Al bewegend nam het de gedaante aan van een grote, weerzinwekkende rat.

Vertalingen

Afrikaansinvoer
Duitsübernehmen; annehmen
Engelsput in place
Esperantoadopti