Informatie over het woord stroom (Nederlands → Esperanto: rivereto)

Synoniemen: beek, kreek, wetering, waterloop

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/strom/
Afbrekingstroom
Geslachtmanlijk
Meervoudstromen

Verkleinwoord
EnkelvoudMeervoud
stroompjestroompjes

Voorbeelden van gebruik

Langs den oever lopend begon hij den stroom te volgen.
Tegen de avond hield de colonne stil bij een stroom, sloeg een kamp op en maakte de avondmaaltijd klaar.
Hij stapte in de stroom, die hij struikelend volgde.
Andere stromen vloeiden samen met de Jinga, die breed en kalm werd.

Vertalingen

Catalaansrierol
Deensbæk
DuitsBach
Engelsstream
Engels (Oudengels)broc; stream; burne
Esperantorivereto; rojo
Finsjoki
Fransruisseau
Grieksρέμα; ρυάκι
Hawaiaanskahawai
IJslandslækur
Italiaansruscello
Nederduitsbeake; bekke
Noorså
Papiamentsroi
Portugeesriacho; ribeiro
SaterfriesÄi; Siepe
Schots-Gaelischallt; sruth
Spaansarroyo
Sranankriki
Swahilikijito
Thaisลำธาร; ห้วย
Tsjechischpotok
Welsnant
Westerlauwers Friesstreamke
Zweedsbäck; å