Informatie over het woord pistool (Nederlands → Esperanto: pistolo)

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/piˈstol/
Afbrekingpis·tool
Geslachtmanlijk of onzijdig
Meervoudpistolen

Verkleinwoord
EnkelvoudMeervoud
pistooltjepistooltjes

Voorbeelden van gebruik

Hij lag daar een tijdje met zijn pistool naast zijn hand.
Zijn pistool is in beslag genomen.
Arie stond eveneens op en schoof het pistool in een broekzak.
Afgezien van de pistolen die ze droegen, was het geweer het enige wapen dat ze hadden meegenomen.
Maar ik had mijn pistool getrokken en echt gevaar was er niet.
Maar uiteraard mag de pistool alleen in heel uitzonderlijke situaties gebruikt worden.

Vertalingen

Afrikaanspistool
Catalaanspistola
Deenspistol
DuitsPistole
Engelspistol; gun
Esperantopistolo
Franspistolet
Grieksπιστόλι
Portugeespistola
SaterfriesPestolle
Spaanspistola
Tsjechischpistole; revolver
Westerlauwers Friespistoal
Zweedspistol