Information über das Wort open (Niederländisch → Esperanto: malfermita)

WortartAdjektief
Aussprache/ˈopə(n)/
Trennungopen

Gebrauchsbeispiele

De deur is open, maar niet voor lange tijd.
Sam staat daar met zijn hand open en jij geeft hem het geld.

Übersetzungen

Albanischçelët
Dänischåben
Deutschoffen; geöffnet
Englischopen
Englisch (Altenglisch)æbære; open
Esperantomalfermita
Färöerischopin
Isländischopinn
Italienischaperto
Jamaikanisches Kreolischuopm
Malaiischbuka
Norwegischåpen
Papiamentohabrí
Polnischotwarty
Portugiesischaberto
Russischоткрытый
Saterfriesischeepen
Schottisch Gälischfosgailte
Schwedischstängd
Spanischabierto
Thaiเปิด
Tschechischnechráněný; nekrytý; otevřený; upřímný; volný
Türkischaçık