Information über das Wort verweren (Niederländisch → Esperanto: defendi)

Synonyme: opkomen voor, verdedigen

WortartVerb
Aussprache/vərˈʋeːre(n)/
Trennungver·we·ren

Konjugation

Indikativ
PräsensPräterium
(ik) verweer(ik) verweerde
(jij) verweert(jij) verweerde
(hij) verweert(hij) verweerde
(wij) verweren(wij) verweerden
(jullie) verweren(jullie) verweerden
(gij) verweert(gij) verweerdet
(zij) verweren(zij) verweerden
Konjunktiv
PräsensPräterium
(dat ik) verwere(dat ik) verweerde
(dat jij) verwere(dat jij) verweerde
(dat hij) verwere(dat hij) verweerde
(dat wij) verweren(dat wij) verweerden
(dat jullie) verweren(dat jullie) verweerden
(dat gij) verweret(dat gij) verweerdet
(dat zij) verweren(dat zij) verweerden
Imperativ
Einzahl/MehrzahlMehrzahl
verweerverweert
Partizipien
PräsenspartizipPerfektpartizip
verwerend, verwerende(hebben) verweerd

Gebrauchsbeispiele

Welzeker, en ditmaal zal ik me weten te verweren!

Übersetzungen

Dänischforsvare
Deutschbehaupten; verteidigen; abwehren
Englischdefend
Englisch (Altenglisch)awerian; werian
Esperantodefendi
Färöerischverja
Französischdéfendre
Isländischvarða
Italienischdifendere
Katalanischdefensar
Lateindefendere
Papiamentodefendé
Polnischbronić
Portugiesischdefender; proteger; pugnar por; resguardar
Rumänischapăra
Saterfriesischbeschutsje; beskutsje; ferdäägenje
Schwedischförsvara; värja; värna
Spanischdefender
Tagalogmagtanggól
Tschechischbránit; hájit; obhajovat
Ungarischóv; véd
Westfriesischferdigenje; ferwaarje