Informasie oor die woord vader (Nederlands → Esperanto: patro)

Sinoniem: pee

Woordsoortselfstandige naamwoord
Uitspraak/ˈvadər/
Afbrekingva·der
Geslagmanlik
Genitiefvaders
Meervoudvaders, vaderen

Verkleinwoord
EnkelvoudMeervoud
vadertjevadertjes

Voorbeelde van gebruik

„Zeker, vader,” antwoordden de prinsen, „maar dat hebben we juist niet.”
Het is maar goed dat mijn vader dit niet meer mee hoeft te maken!
Zeg jij dat tegen een vader van veertien kinderen?
Weet je dat jij steeds meer op je vader gaat lijken?
Zij waren kennelijk vader en zoon.
Ivanka Trump heeft in New York plaatsgenomen in de getuigenbank in de fraudezaak tegen haar vader.
Wat goed genoeg was voor mijn vader, is goed genoeg voor mij.
Het is een saaie boel in uw vaders huis.
Al die andere vaders zijn het ook zonder enige reden!

Vertalinge

Afrikaanspa; vader
Albaniesbaba; atë
Deensfar
DuitsVater
Engelsfather; sire
Engels (Ou Engels)fæder
Esperantopatro
Faroëesfaðir
Finsisä
Franspère
Grieksπάτερ; πατέρας; πατήρ
Hawaiïesmakuakāne
Hongaarsatya
Italiaanspadre
Jamaikaanse Patoisfaada; pupa
Jiddisjטאַטע; פֿאָטער
Katalaanspare
Latynpater
LuxemburgsPapp; Pappa
Maleisbapak; ayahanda; ayah; bapa; rama
Nederduitsvader
Noorspappa; far
Papiamentspapa; tata
Poolsojciec
Portugeespai
Russiesотец
SaterfriesFoar; Poater; Poater
Skotsfaither
Skots-Gaeliesathair
Spaanspadre
Srananpapa; tata; p’pa; pa
Swahilibaba
Sweedsfar
Thaiบาทหลวง; พ่อ
Tsjeggiesotec
Turksbaba; ata
Walliestad
Wes‐Friesheit
Yslandsfaðir