Informatie over het woord goed (Westerlauwers Fries → Esperanto: bona)

Uitspraak/ɡuə̯t/
Afbrekinggoed
Woordsoortbijvoeglijk naamwoord

Trappen van vergelijking

Stellende trapgoed
Vergrotende trapbetter
Overtreffende trapbêst

Verbuiging

 Stellende trapVergrotende trapOvertreffende trap
Predicatiefgoedbetter(it) bêst, (it) bêste
AttributiefOnbepaaldManlijk en vrouwelijk enkelvoudgoede, goeiebetterebêste
Onzijdig enkelvoudgoedbetterbêst
Meervoudgoede, goeiebetterebêste
Bepaaldgoede, goeiebetterebêste
Partitiefgoedsbetters 

Vertalingen

Afrikaansgoed; gaaf
Albaneesmirë
Catalaansbo
Deensgod
Duitsgut; in Ordnung
Engelsgood; nice; fine; okay; all right
Engels (Oudengels)god
Esperantobona
Faeröersgóður
Finshyvä
Fransbon
Grieksαγαθός; καλός
Grieks (Oudgrieks)ἀγαθός
Hawaiaansmaikaʻi
Hongaars
IJslandsgóður
Italiaansbuono
Jiddischגוט
Kabylischamelhu
Latijnbonus
Luxemburgsgutt
Maleisbagus; baik
Nederduitsgood
Nederlandsgoed; okee; in orde
Noorsgod
Papiamentsbon
Poolsdobrzy; dobry
Portugeesbom
Roemeensbun; bun
Russischхороший; добрый
Saterfriesgöidich; goud
Schotsguid
Schots-Gaelischdeagh; math
Spaansbueno
Srananbun
Swahili‐zuri; ‐ema
Tagalogmabuti
Thaisดี
Tsjechischdobrá; dobrý; dobře; hodný; laskavý; pořádný; příjemný; řádný
Turksiyi
Welsda
Zweedsbra; god