Informatie over het woord spell (Engels → Esperanto: alfabetumi)

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/spɛl/
Afbrekingspell

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(I) spell(I) spelt, spelled
(thou) spellest(thou) speltest, speltst, spelledst
(he) spells, spelleth(he) spelt, spelled
(we) spell(we) spelt, spelled
(you) spell(you) spelt, spelled
(they) spell(they) spelt, spelled
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(I) spell (I) spelt, spelled
(thou) spell(thou) spelt, spelled
(he) spell(he) spelt, spelled
(we) spell(we) spelt, spelled
(you) spell(you) spelt, spelled
(they) spell(they) spelt, spelled
Gebiedende wijs
spell
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
spellingspelt, spelled

Vertalingen

Deensstave
Duitsbuchstabieren
Esperantoalfabetumi
IJslandsstafa
Nederlandsspellen
Noorsstave
Zweedsstava