Informatie over het woord pass (Engels → Esperanto: trapasi)

Synoniem: go through

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/pɑːs/
Afbrekingpass
Shaw‐alfabet𐑐𐑭𐑕
Deseret‐alfabet𐐹𐐪𐑅

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(I) pass(I) passed
(thou) passest(thou) passedst
(he) passes, passeth(he) passed
(we) pass(we) passed
(you) pass(you) passed
(they) pass(they) passed
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(I) pass (I) passed
(thou) pass(thou) passed
(he) pass(he) passed
(we) pass(we) passed
(you) pass(you) passed
(they) pass(they) passed
Gebiedende wijs
pass
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
passingpassed

Vertalingen

Afrikaansdeurgaan
Deensgennemgå
Duitszurücklegen; ablegen
Esperantotrapasi
Franssubir
Nederlandsdoorkomen; dóórtrekken
Portugeesatravessar; percorrer
Spaansatravesar; ir a través de
Thaisต้อง