Informatie over het woord flavour (Engels → Esperanto: spici)

Synoniemen: spice, season

Woordsoortwerkwoord

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(I) flavour(I) flavoured
(thou) flavourest(thou) flavouredst
(he) flavours, flavoureth(he) flavoured
(we) flavour(we) flavoured
(you) flavour(you) flavoured
(they) flavour(they) flavoured
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(I) flavour (I) flavoured
(thou) flavour(thou) flavoured
(he) flavour(he) flavoured
(we) flavour(we) flavoured
(you) flavour(you) flavoured
(they) flavour(they) flavoured
Gebiedende wijs
flavour
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
flavouringflavoured

Vertalingen

Duitswürzen
Esperantospici
Fransassaisonner
Nederlandskruiden
Portugeescondimentar; temperar
Saterfrieskrüüdje