Informatie over het woord Leben (Duits → Esperanto: vivo)

Uitspraak/ˈleːbən/
AfbrekingLe·ben
Woordsoortzelfstandig naamwoord
Geslachtonzijdig

Verbuiging

 EnkelvoudMeervoud
NominatiefLeben
GenitiefLebens
DatiefLeben
AccusatiefLeben

Voorbeelden van gebruik

Doch vor allem für Journalisten wird das Leben in Indien immer schwerer.

Vertalingen

Afrikaanslewe
Esperantovivo
Nederduitsleaven
Nederlandsleven