Informatie over het woord Doktor (Duits → Esperanto: doktoro)

Synoniem: Lehrer

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Geslachtmanlijk

Verbuiging

 EnkelvoudMeervoud
NominatiefDoktorDoktoren /dɔkˈtoːtərən/
GenitiefDoktorsDoktoren /dɔkˈtoːtərən/
DatiefDoktorDoktoren /dɔkˈtoːtərən/
AccusatiefDoktorDoktoren /dɔkˈtoːtərən/

Vertalingen

Afrikaansdoktor
Catalaansdoctor
Deensdoktor
Engelsdoctor
Esperantodoktoro
Faeröersdoktari
Fransdocteur
Grieksδιδάκτωρ
Hongaarsdoktor; orvos
Italiaansdottore
Nederlandsdoctor
Papiamentsdoktor
Poolsdoktor
Portugeesdoutor; escriba
Russischдоктор
SaterfriesDokter
Spaansdoctor
Tsjechischdoktor; lékař
Westerlauwers Friesdoktor