Informatie over het woord Fahrt (Duits → Esperanto: veturo)

Uitspraak/faːrt/
Woordsoortzelfstandig naamwoord
Geslachtvrouwelijk

Verbuiging

 EnkelvoudMeervoud
NominatiefFahrtFahrten
GenitiefFahrtFahrten
DatiefFahrtFahrten
AccusatiefFahrtFahrten

Voorbeelden van gebruik

Die Fahrt beginnt bereits um 8:30 Uhr in Hoya.
Wir haben noch eine lange Fahrt vor uns.

Vertalingen

Deensrejse; tur
Esperantoveturo
Fransmarche; promenade en voiture
Nederlandsrit; tocht; rijtoer
Portugeesviagem
Spaanstrayecto