Informatie over het woord Wiese (Duits → Esperanto: paŝtejo)

Synoniemen: Trift, Weide

Uitspraak/ˈviːzə/
Woordsoortzelfstandig naamwoord
Geslachtvrouwelijk

Verbuiging

 EnkelvoudMeervoud
NominatiefWieseWiesen
GenitiefWieseWiesen
DatiefWieseWiesen
AccusatiefWieseWiesen

Vertalingen

Afrikaansweiveld
Albaneeslivadh
Deenseng
Engelsmeadow
Esperantopaŝtejo; paŝtiĝejo
Faeröersbeiti
Franspâturage; pâture
Hawaiaanskula holoholona
Latijnstabulum
Nederlandswei; weide; weidegrond; weiland
SaterfriesMäid; Wede
Schots-Gaelischinnis
Spaansdehesa; pastizal; pradera; prado
Srananwey
Thaisทุ่งเลี้ยงสัตว์; ทุ่งหญ้า; ทุ่งหญ้าเลี้ยงสัตว์
Tsjechischlouka
Westerlauwers Friesgreidlân; greide
Zweedsäng