Informatie over het woord mögen (Duits → Esperanto: deziri)

Synoniemen: wünschen, verlangen, begehren, verlangen nach

Uitspraak/ˈmøːɡən/
Woordsoortwerkwoord

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ich) mag(ich) mochte
(du) magst(du) mochtest
(er) mag(er) mochte
(wir) mögen(wir) mochten
(ihr) mögt(ihr) mochtet
(sie) mögen(sie) mochten
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ich) möge(ich) möchte
(du) mögest(du) möchtest
(er) möge(er) möchte
(wir) mögen(wir) möchten
(ihr) möget(ihr) möchtet
(sie) mögen(sie) möchten
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
mögend(haben) gemocht

Voorbeelden van gebruik

Aber ich möchte sie gerne sehen.

Vertalingen

Afrikaansverlang na; verlang
Albaneesdëshiroj
Catalaansdesitjar
Deensønske
Engelswant
Engels (Oudengels)willan
Esperantodeziri
Faeröersynskja
Finshaluta
Fransdésirer; souhaiter
Hongaarskíván; vágyik
IJslandsóska
Italiaansdesiderare
Jamaicaans Creoolsfiil laik
Latijnoptare
Nederlandsbegeren; zin hebben in; zin hebben; trek hebben in; verkiezen; verlangen; verlangen naar; wensen
Noorsønske seg; ønske
Papiamentsdeseá
Poolspragnąć; życzyć
Portugeesdesejar; pretender; querer
Russischжелать; пожелать
Saterfrieswonskje
Schotswiss
Spaansdesear
Srananwinsi
Tsjechischpopřát; přát; přát si; žádat
Turksarzu etmek; arzulamak
Westerlauwers Friesferlangje
Zweedsönska