Informatie over het woord uitken (Afrikaans → Esperanto: identigi)

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/ˈœɪ̯tkɛn/
Afbrekinguit·ken

Vervoeging

Tegenwoordige tijdVerleden tijd
uitken -
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
uitkennendeuitgeken

Voorbeelden van gebruik

„Slegs drie van die 99 slagoffers wie se oorskot tot dusver gevind is, kon aan hul vingerafdrukke uitgeken word”, het John Pelletier, polisiehoof van Maui, gesê.

Vertalingen

Deensidentificere
Duitsidentifizieren; die Identität feststellen; erkennen; gleichstellen; gleichsetzen
Engelsidentify; spot
Esperantoidentigi
Fransidentifier; situer
Nederlandsidentificeren; thuisbrengen
Papiamentsidentifiká
Portugeesidentificar
Roemeensidentifica
Saterfriesidentifizierje
Spaansidentificar
Tsjechischidentifikovat